De afgelopen jaren verschenen er vijf boekjes Voorschotense Verhalen met geschiedkundige informatie over de tijd van onze jeugd en die van onze ouders en grootouders. Dit deel VI is het laatste deel in de serie. Tot gemak van de lezers is in dit deel een index toegevoegd van de eerder gepubliceerde delen en tevens van het aparte deel Tussen Voorschoten en Leiden.
Elk boekje op zich is overigens al een waar naslagwerk dat zijn waarde blijft behouden.
Het zesde deel van Voorschotense Verhalen start met een foto van de oude Haagsche Schouwbrug. Verderop de Rijndijk was de familie Meijer groot in groenten en gestart bij huis Dijkhof. Aan de overkant had de weduwe Witteman een textielwinkel.
Aan de Leidseweg staat boerderij Vredebest. De heer Maas maakte een fotoreportage van de nu gedempte Korte Vliet. Oude foto’s tonen de aanleg van de elektrische tramweg bij de Hofweg. Helaas, 42 jaar later werden daar de trams gesloopt.
Het huis Adegeest had vier dienstwoningen. Er schuin tegenover was de groentewinkel van Van der Mey. De snoepautomaten van Jamin waren een magneet voor schoolkinderen. Het echtpaar Duymaer van Twist van het huis Welgelegen bood hulp aan mindervermogenden. Op het terrein van dit huis verrees later de Kruispuntkerk. Voorstraat 34 is al twee eeuwen een knusse winkel. Op 36 woonden een dokter, een wijnhandelaar en nu een tandarts. Op 38 was de kruidenierswinkel ‘Klimop’. Op Voorstraat 40–42 zaten kappers en tappers en op 44 café Het Metalen Kruis. De koperslagerij van Mens op 46 groeide uit tot installatiebedrijf. Bram Wesselo legde ook hier oude panden vast met zijn geveltekeningen.
Koffiehuis Van der Mey werd hotel Ligthart. We zien de gebroeders Van der Mey en de heren Hooymans en Van der Hulst als redders van de eeuwenoude paardenmarkt. De paardenmarkt was later onderwerp van een fotowedstrijd.
Aan de Schoolstraat stonden twee verborgen huizen en verderop juist heel goed in het zicht het Modehuis Planje. Het huis Landzicht anno 1897 werd onlangs kundig gerenoveerd. Strohandel Romijn maakte plaats voor riante huizen. De bollenschuur aan de Veurseweg getuigt nog van oude bedrijvigheid. Tot slot toont de schrijver nog een aantal minder bekende prenten van oud-Voorschoten.
Jan H.M. Sloof (1944) was gepensioneerd archiefmedewerker van het Hoogheemraadschap van Rijnland en vertelt graag over zijn geboortedorp Voorschoten. Kennis daarvan deed hij vooral op bij het inventariseren van archieven en verzamelingen, en door verhalen van oudere Voorschotenaren. Zijn voorgaande vijfdelige serie Voorschotense Verhalen was een groot succes.