De geschiedenis van de Leidse meelfabriek De Sleutels begint in 1884 op een zeventiende-eeuws bastion. Onder leiding van vader, zoon en kleinzoon De Koster groeit het bedrijf in tachtig jaar tijd uit tot een van de grootste meelconcerns van het land, ondanks de hevige concurrentie: ‘Men verscheurde elkaar als wolven’. Uiteindelijk leidt kleinzoon Hans een fabriek die in de jaren zestig het graan maalt voor het brood van twee miljoen huishoudens.
Het blijft niet bij het malen van graan. De Sleutels wordt mede-eigenaar van vele broodfabrieken en honderden brood- en banketwinkels in het hele land. Het concern maakt grote winsten en de familieleden kunnen als miljonairs door het leven. En toch gaat het helemaal fout met wat lang de trots van Leiden was.
Hans de Koster ziet in de jaren zestig dat er door ontwikkelingen in Europa geen ruimte meer is voor verdere groei en besluit het bedrijf te verkopen aan zijn grootste concurrent, Meneba. Door financieel wanbeleid van Meneba moet het laatste grote industriële complex van Leiden de poort sluiten. De gedreven ondernemer Hans de Koster wordt succesvol in de politiek en bepleit als staatssecretaris de zaak waar hij jarenlang tegen ten strijde trok: de vorming van één Europa.
Het complex heeft een unieke bouwgeschiedenis en is een beeldbepalend geheel, uiteindelijk met dertien verschillende gebouwen. Precies 140 jaar later is de betonnen kolos na langdurige leegstand toch nog een Rijksmonument geworden. Een icoon krijgt een tweede leven.
Frits van Oosten is bestuurskundige en was tot aan zijn pensionering werkzaam in de zorgsector. Hij schreef enkele boeken over invloedrijke bewoners van Leiden in de negentiende en twintigste eeuw.